Vastgesteld door pastoraal team 14 november 2018

Het gaat om de ontmoeting!

 

Inleiding

Pastoraat heeft tot doel met elkaar aan het Rijk van God te bouwen.
Dat gebeurt allereerst in de ontmoeting: in de ontmoeting van mensen met elkaar én in de ontmoeting van mensen met God.
Pastoraat wordt daarbij steeds meer een zaak ván parochianen,  dóór parochianen, vóór parochianen.

Verbondenheid en ontmoeting

Verbondenheid met elkaar maakt dat mensen zich thuis voelen op het rooms katholieke erf.
Ze wordt gevonden binnen kleine groepen in dorp of wijk, tussen oude bekenden en nieuwkomers, in langdurige of kortere relaties, meer of minder intens.
De inzet van pastores en parochianen is mede gericht op het bevorderen van de verbondenheid tussen gelovigen. In deze tijd is aansluiten bij de netwerkstructuur een goede mogelijkheid om ontmoetingen te bevorderen.
Er ontstaan meer en meer verschillende kleinere en grotere groepen, die open staan voor elkaar, over de grenzen van de parochie heen tot het niveau van bisdom, wereldkerk en de wereld om ons heen.

Bezinning en geloofsgesprek als noodzaak

Het katholieke leven valt of staat met regelmatige bezinning op het persoonlijke en voorgegeven geloof. Bezinning gebeurt binnen de sacramenten- en levensloopcatechese, het doortrekt idealiter al onze activiteiten en zou iets van alle betrokkenen moeten zijn.
Het geloofsgesprek slaat bruggen tussen onbekenden, die elkaar als gelovigen gaan herkennen en samen optrekken.

Bezinning gebeurt ook binnen de liturgie.
We zullen steeds minder vieren in een groot kerkgebouw en steeds vaker in de intimiteit van de kleine kring en in andere ruimten.
Met feestdagen en bijzondere gebeurtenissen zal een samenkomst in de grote kerk extra feestelijk zijn.

Missionair aanwezig zijn: aansluiten bij waar mensen zijn.

We willen aansluiten bij mensen zelf:
bij wáár ze zijn, waar ze mee bezig zijn, wat ze nodig hebben en waar ze naar verlangen.
Dat vraagt ruimte voor diversiteit en variatie én kleinschalig werken binnen onze hele regio.
We oefenen ons in presentie, alertheid en aandachtig aanwezig zijn.
We zoeken bondgenoten en steken de handen uit de mouwen om het verlangen in mensen om gezien te worden als mens, als medemens, als kind van God te vervullen.

Context

De kerk krimpt. Aantallen kerkgangers, vrijwilligers en deelnemers aan sacramenten, lopen terug. Er worden kerken gesloten. Tegelijkertijd ontstaan er nieuwe vormen van gemeenschap. Kleine groepen parochianen blijven samenkomen in hun wijk of dorp: in de Roef, in de kapel van de Verrijzeniskerk of Ariënsstaete in Enschede, in Boekelo, en in de Lourdeszaal in Haaksbergen. Er is grote behoefte aan een nabije kerk.

De taal van de kerk wordt minder gedeeld en is voor steeds meer mensen een ‘vreemde’ taal. Toch blijft geloof verbinden en brengt geloof mensen bijeen over allerlei scheidslijnen heen. Dit zien we vooral gebeuren in Enschede, waar mensen van allerlei landen, verschillende culturele achtergronden, rangen en standen, samenkomen in de sacramentenvoorbereiding en samen vieren.

Jonge mensen zijn doorgaans mobiel en minder sterk gehecht aan een kerkgebouw of gemeenschap. Een regelmatige zondagse kerkgang kennen zij niet. Dat helpt om makkelijker over oude grenzen heen stappen. Jonge mensen zijn doorgaans open, staan onbevangen tegenover kerk en geloof en zijn bereid in de auto te stappen voor vieringen en bijeenkomsten. Er is een duidelijke behoefte aan geloofskennis. Zij binden zich slechts sporadisch aan vast vrijwilligerswerk voor een langere tijd. Inwijding in de taal en rituelen van de kerk is dus gevraagd, maar stelt eigen eisen aan de organisatie.

Ouderen zijn vaker nog sterk gericht op hun eigen plek, verrichten doorgaans het meeste vrijwilligerswerk en betalen het leeuwendeel van de kerkbalans. Zij houden de parochie op de been.

Het meer dorpse karakter van de kleinere plaatsen in onze drie parochies biedt eigen mogelijkheden. De lijntjes zijn korter en er is betrokkenheid op elkaar en op de gemeenschap. Nog heel wat mensen zijn bereid zich voor de gemeenschap in te zetten. Voor de persoonlijke geloofscommunicatie kan een kleine gemeenschap een hindernis zijn.

Mensen die krapte of gebrek ervaren bereiken we minder goed.

De strikte hantering van regels binnen de Rooms katholieke kerk maakt dat betrokken mensen voor het hoofd gestoten worden. Daardoor worden aanwezige kwaliteiten niet ten volle benut en keren parochianen zich van de kerk af. Er is weinig begrip voor het beleid rond Aswoensdag, eucharistische centra, samenwonenden…

Werkplan: 2018-2019

Activiteiten worden zo ingericht dat ze bijdragen aan gemeenschapsvorming. In overleg met de nieuwe pastoor wordt in de loop van september het werkplan gemaakt.

Catechese:

  • We willen zoveel mogelijk mensen de gelegenheid geven om kennis te nemen van het katholieke geloof.
  • We willen we de lat niet te laag leggen als het gaat om de sacramentenvoorbereiding en vragen inzet en betrokkenheid.

Gemeenschapsvorming:

  • We willen eraan werken dat er in elk van de zeventien gemeenschappen een groep mensen is, die vanuit hun geloof op elkaar en op de wereld om hen heen betrokken zijn. Geloof moet ter plaatse handen en voeten krijgen.
  • We willen de kerk dichtbij de mensen houden om voertuig van geloofsbeleving te zijn in wijk of dorp.

Diaconie:

  • Plaatselijke geloofsgemeenschappen willen we zo organiseren, dat mensen naar elkaar omkijken en zich inzetten voor de wereld om hen heen. Compassie is gevraagd voor mensen die waar dan ook in nood verkeren.

Liturgie:

  • Waar het voorgaande gestalte krijgt valt er iets te vieren op zondag en door de week.
  • We streven ernaar vanuit de traditie op voor mensen inspirerende wijze te vieren. Dit naar draagkracht van de lokale of grotere geloofsgemeenschap.

schelprkleur3